Honden Puppies

Gezondheid


Gezondheid

 

Alhoewel de whippet als een gezonde rashond mag worden gezien willen wij op deze pagina enkele gezondheidsproblemen benoemen waar whippets individueel last van kunnen hebben. Hierbij spelen genetica, toeval, voeding, opfok en levensomgeving een rol.

 

Oogafwijkingen
(speciaal PRA/Cataract)

Progressieve Retina Atrofie (PRA) of Retinadegeneratie. Een groep van netvliesafwijkingen die bij veel rassen voorkomt en tot blindheid leidt &
Cataract (congenitaal). Dit is aangeboren grauwe staar. Retina Dysplasie (RD). Dit is een aangeboren netvliesafwijking.

Een oogonderzoek naar erfelijke afwijkingen kost zo'n € 25 à € 35 per hond, en kan vanaf 1 jaar worden gedaan.  Lensluxatie, cataract & PRA kunnen ook na enkele jaren nog ontstaan. Een éénmalige test is dan niet voldoende, de afwijking kan zich immers later alsnog openbaren. Honden waarmee wordt gefokt, moeten in ieder geval worden onderzocht. De uitslag van het onderzoek is een jaar geldig. Vaak geven oogartsen na het 6e jaar een hond definitief vrij voor PRA als er in voorafgaande onderzoeken geen afwijkingingen zijn geconstateerd.

De Rasvereniging (de Nederlandse Whippet Club) vraagt van zijn fokkers om dit onderzoek voor de dekking plaats te laten vinden om voor pupbemiddeling in aanmerking te komen!

 

Myostatin mutation

Ook wel het Bully Gen genoemd. Dat is een mutatie die er voor zorgt dat de spieren veel groter en zwaarder aangelegd worden. Deze mutatie wordt ook gezien in mensen & runderen. In eerste instantie lijkt dat mooi, want meer spieren = sneller zou je denken, maar de honden die dit gen dubbel hebben zijn niet sneller en ondervinden veel problemen van hun bouw.

Hieronder een filmpje over een whippet die het bullygen heeft:

https://www.youtube.com/watch?v=5nxLY9mmR_U

In Nederland wordt er op vrijwillige basis getest op deze mutatie, in Duitsland is het verplicht als men via de DWZRV fokt (daarom zijn enkele van onze honden ook getest). Na enkele jaren van testen lijkt het er op dat er enkele (ren) lijnen zijn die deze mutatie met zich meedragen, maar van een groot probleem kunnen we niet spreken.

 

Hartproblemen

 Een jaar of wat geleden zijn we met een kleine groep whippetfokkers begonnen om het hart van de honden waar we mee wilden fokken te laten onderzoeken op afwijkingen middels een echo plus kleurendoppler. We vonden het belangrijk om de honden met afwijkingen uit het fokbestand te houden. De aanleiding dat we deze hartonderzoeken zijn gaan doen alvorens een whippet in te zetten voor de fok waren de onderlinge gesprekken over dit onderwerp, en een enkele minder leuke ervaring.

Enkelen van ons waren ook op de hoogte van een langdurend onderzoek naar whippetharten en mogeljke afwijkingen van de Amerikaanse Whippet Club. De AWC vond het bijzonder dat er zo veel whippets waren met een hartruis en wilde weten of dat wat te betekenen had voor het ras. Dit onderzoek is begonnen in 2003 en wordt (mede) gefinancierd door de AWC. In deze langlopende studie probeert men zo veel mogelijk honden via echo met kleurendoppler te onderzoeken om zo meer duidelijkheid te krijgen over hartruizen & hartafwijkingen bij whippets. Tevens wordt er gezocht naar een juiste wijze van interpretatie van de diverse waarden die uit dit onderzoek komen. De Whippet Health Foundation heeft van vanaf 2004 tot 2014 de AWC ondersteund met het maken van hartecho’s van gezonde honden tijdens de jaarlijkse National Specialty. Deze is vergelijkbaar met de Kampioensclubmatch van onze Nederlandse Whippet Club, alleen vele malen groter in omvang. Vanaf 2007 wordt dit onderzoek ook ondersteund door giften van de American Kennel Club. Men heeft geprobeerd om dezelfde honden vaker dan 1x te screenen om zo een idee te kunnen krijgen het functioneren van een whippethart, gemeten over een langere periode. Uit dit onderzoek kwam duidelijk naar voren dat een hartruis veelvuldig voorkomt bij op het eerste gezicht gezonde whippets en dat niet alle hartruizen iets slechts hoeven te betekenen. Vaak wordt de ruis veroorzaakt door de kracht waarmee het hart het bloed rondpompt. Maar als er wel iets gevonden werd was dit vrijwel altijd een lekkende mitralisklep, wat in sommige gevallen kon leiden tot Mitral valve disease (MVD of mitralisinsufficiëntie ).



Bij mitralisinsufficiëntie lekt er tijdens het samenknijpen van het hart bloed terug van de linkerkamer naar de linkerboezem (zie figuur). Is deze lekkage gering, dan zal er niets veranderen in het hart. Indien deze lekkage aanzienlijk is, zal er zich meer bloed in de linkerkamer verzamelen, waardoor deze kamer vergroot en de druk in deze kamer uiteindelijk toeneemt. Omdat de linkerkamer het bloed ontvangt uit de longen, zal bij druktoename in de linkerkamer, ook de druk in de longvaten toenemen. Hierdoor gaan de longvaten ´lekken´. De afvoercapaciteit van het longweefsel voor dit vocht is groot, maar uiteindelijk zal er longoedeem ontstaan. Dit wil zeggen een vochtophoping in het longweefsel, waardoor de zuurstofopname belemmerd wordt en de patiënt benauwd zal worden en zal gaan hoesten.

    Een andere oorzaak voor hoesten is irritatie van de luchtpijp door de vergrote linker boezem. Doordat de boezem zo groot is, duwt deze tijdens elke samentrekking van het hart tegen de luchtpijp aan. Dit geeft een hoestprikkel. De hartslag wordt gereguleerd met behulp van elektrische prikkels, die door de hartspier lopen. Als de linkerboezem groter wordt, kan het zijn dat deze prikkels niet meer normaal over de hartspier lopen. Er kan dan een hartritmestoornis optreden.

    Gemiddeld genomen, kunnen honden met mitralisinsufficiëntie echter nog jarenlang met deze ziekte leven, indien de diagnose in een vroeg stadium gesteld wordt. Uit de studie bleek ook dat DCM (verwijd hart als gevolg van een ziekte van de hartspier)ongewoon is bij whippets. Tevens blijkt uit de studie dat veel honden met een lekkende mitralis klep relatief oud kunnen worden.

    Nu zijn dit Amerikaanse onderzoek en de uitkomsten niet alleen maatgevend voor de Amerikaanse whippet. Ook andere onderzoeken en enquêtes in andere (Europese) landen laten zien dat een hartruis veelvuldig voorkomt bij het whippetbestand aldaar. Tot op heden is nog niet zo veel te zeggen over de vererving van een lekkende mitralisklep; wordt het via beide ouders doorgegeven, of via 1 van beide, is het een combinatie van factoren of speelt de levenswijze van de hond ook een rol? Ook weten we niet wanneer en waarom een lekkende mitralisklep soms wel en soms niet leidt tot Mitral valve disease (MVD of mitralisinsufficiëntie ). Dus weten we ook niet welke honden je nu wel of niet uit moet sluiten voor de fok. Het gevaar van een overdreven grote selectie ligt ook op de loer, wat weer nadelig is voor de genenpoel.

    Maar het is wel duidelijk dat er iets aan de hand is binnen de whippets, waar we onze ogen niet voor mogen sluiten.

    Daarom is volgens ons een preventief echo met kleurendoppler onderzoek van ouderdieren, voordat ze ingezet worden voor de fok, erg belangrijk. Je kunt hiermee niet in de toekomst kijken. Maar mogelijk kunnen we hiermee wel voorkomen dat de honden die afwijkingen van de mitralisklep hebben, voor de fok worden uitgesloten. Zolang een cardioloog de bevinden van een echo als “normaal” ziet kan een hond worden ingezet voor de fok. Niets meer, maar ook niets minder. Wel is het belangrijk dat het onderzoek wordt uitgevoerd door een officieel veterinair cardioloog (en niet door een dierenarts die een avondcursus echografie heeft gedaan). Het onderzoek dient gedaan te worden iemand die op de hoogte is van de unieke bouw en waarden van een windhondenhart.

    We hoeven ook niet overdreven bezorgd te doen over honden waarbij wat gevonden wordt. We weten, zoals we hierboven hebben kunnen lezen, nog steeds niet veel over de erfelijkheid, en waarom veel whippets, ondanks een afwijkende mitralisklep, toch erg oud kunnen worden. Maar nogmaals, het zou goed zijn als we ons bewust zijn van het probleem en als we als fokkers zorgen dat het probleem zoveel mogelijk uit ons fijne ras wordt gehouden.

    Als laatste zouden we nog willen zeggen: veroordeel eigenaren, fokkers of bloedlijnen niet waarbij iets wordt gevonden. Wees blij dat die mensen er zijn en hun honden hebben laten onderzoeken. Het laat zien dat ze het ras een warm hart toedragen en bereid zijn hun verantwoording te nemen. Zo vroeg een fokker eens vroeg of onze honden hartproblemen hadden omdat we het hart van onze whippets lieten onderzoeken. Dat is dus niet zo: wij hopen hiermee een klein stukje te kunnen bijdragen aan een betere kennis van dit probleem en ons mooie ras!

    We sluiten af met een bijzonder mooi citaat van de bekende saluki fokker Roberto Forsoni :

    “A good breeder is not one who ignores problems, but neither one who gives up when there's a problem. A good breeder has to know when to change course in the right direction when there's an obstacle.”

     © Annemarie Rouw & Katja Brom 2014

     Informatie en literatuur:
    http://www.whippethealth.org/WhippetCardiacHealthProjectUpdate_2014.aspx
    https://www.whippetklubben.se/index.php/sv/16-whippet/330-whippet-health-survey-results
http://whippet-health.co.uk/heart-disease/4531648499

http://www.whippethealth.org/AppFiles/WhippetMVD_Chromosome15.pdf

http://www.nautiluswhippets.com/whippet-national-2018/cardiac-issues-in-whippets-dr-rebecca-stepien#.XI-NVfhYbIU
https://www.rvc.ac.uk/small-animal-referrals/Media/SmallAnimalReferrals/pdf/Mitral%20valve%20disease%20information%20sheet-1.pdf


 


Cryptorchidie

Mijn mening is dat een- of geenballigheid geen ziekte is, maar een erfelijke aandoening. Dit onderscheid is relevant, aangezien een ziekte tot de dood kan leiden en dat dit voor een aandoening niet altijd geldt. Aan een hazenlip, overbeet, of missende ballen overlijdt een dier of mens niet.

WAT IS CRYPTORCHIDIE?
Cryptorchidie is een moeilijk woord voor het niet ingedaald zijn van 1 of beide testikels. Het is 1 van de meest voorkomende afwijkingen in de ontwikkeling van het geslachtsapparaat bij mannelijke dieren. Bij katten is de afwijking vrij zeldzaam (0,7 %), maar bij honden komt het regelmatig voor (rasafhankelijk 0,8 tot 11 %).
Normaal gesproken dalen de testikels vanuit de buikholte, via het lieskanaal af naar de balzak binnen 10 dagen na de geboorte. Beide testikels moeten eigenlijk al in de balzak aanwezig zijn op 8 weken leeftijd, maar over het algemeen wordt de definitieve diagnose pas gesteld op 6 maanden leeftijd. Er zit dus nogal wat variatie in de tijd die er voor het afdalen staat, en het komt dus voor dat ook na 8 weken de balletjes nog kunnen indalen. Als op de leeftijd van een jaar 1 of beide balletjes niet ingedaald zijn, mag aangenomen worden dat dit ook niet meer zal gebeuren.
Men denkt daarom aan een bepaalde erfelijkheidsgraad, maar de exacte wijze van overdracht is nog niet bekend. Dieren met cryptorchidie worden in ieder geval wel uitgesloten van de fokkerij. Er bestaan zoogdieren waarbij cryptorchidie normaal is. Bij vrijwel alle zeezoogdieren met hun gestroomlijnde vorm bevinden de teelballen zich in de buikholte. Ook olifanten en nijlpaarden zijn levenslang cryptorch. Bij soorten waarbij normaliter beide teelballen voor de volwassenheid afdalen naar de balzak, waaronder o.a. honden, katten en konijnen, geldt dat beiderzijds cryptorche mannetjes onvruchtbaar zijn. De wat lagere temperatuur in de balzak is namelijk essentieel voor een optimale spermavorming. Een teelbal die zich in de buikholte bevindt, waar hogere (lichaams)temperaturen heersen, kan dus geen goede spermacellen maken.

OORZAKEN
Oorzaak van cryptorchidie kan een vormafwijking in het lieskanaal (dit is een opening in de buikholte) zijn. Door dit lieskanaal moet de bal namelijk afdalen naar de balzak. Ook zou een hormonale stoornis cryptorchidie kunnen veroorzaken. Ten slotte kan de bindweefselstreng, die vanaf de onderkant van de teelbal door het lieskanaal naar de balzak loopt, op een verkeerde wijze uitgroeien. Al deze abnormaliteiten kunnen genetisch bepaald zijn.

OPEREREN OF NIET?
Rondom het onderwerp cryptorchidie bestaat een aantal indianenverhalen. Vroeger werd gedacht dat de niet ingedaalde bal(len) die in de buikholte waren achtergebleven, een verhoogde kans op kwaadaardige ontaarding zouden hebben. Gedacht werd dat door de hogere temperatuur in de buik de kans op testikeltumoren zou vergroten. Daarnaast werd gedacht dat door een overmatige hormoonproductie de dieren sneller agressief zouden worden.
Uit wetenschappelijk onderzoek is al een aantal jaren geleden gebleken dat de achtergebleven testikels in de buikholte absoluut niet een verhoogde kans op kwaadaardige testikeltumoren geeft. Het standaard preventief, middels een operatie, verwijderen van deze binnenballen is dus volledig onzinnig! Een operatie zorgt zelfs alleen maar voor meer risico op andere complicaties: de narcose brengt altijd een risico met zich mee en de chirurgie ook. Dus daarom dienen we alleen te opereren als het diergeneeskundig verantwoord is en dat is bij cryptorchidie dus niet het geval.
Alleen als een eigenaar de hond om andere redenen graag wil laten castreren of als er toch sprake is van een goed- of kwaadaardige tumor zal(zullen) dus ook de binnenbal(len) verwijderd dienen te worden.

(bron Dierenarts: Atjo Westerhuis)
 

Voor iemand die gewoon een fijne huishond zoekt, en geen showplannen heeft, kan een reutje waarbij de bal(len) (nog) niet ingedaald zijn een prima metgezel zijn.